Er is een betekenisverschil.
evengoed
even juist
Hij spreekt even goed als hij schrijft.
evengoed
ook, in dezelfde mate, met hetzelfde resultaat; met evenveel recht
Jij bent evengoed schuldig.
Zijn wij te duur? Je kunt evengoed zeggen dat anderen te goedkoop zijn.
In een enkel geval betekenen twee woorden aaneen iets anders dan wanneer er een spatie tussen staat. Voor een lijst met woordparen waarbij een spatie betekenisverschil geeft, kijkt u bij achter elkaar / achterelkaar.