Er is een betekenisverschil.

 

peil

niveau; merkteken om een maat aan te geven; richtsnoer
De beursindex klom tot het hoogste peil in twee jaar.

 

pijl

(dunne) stok met scherpe punt
De jongens schoten met pijl en boog op eksters.

 

Het woord peil betekende oorspronkelijk 'vast punt waar zeelieden hun koers op uitzetten'. We kennen het ook nog in peillood, en in de uitdrukking je kunt er geen peil op trekken. Natuurlijk kun je ook een pijl trekken, maar dan heb je een boog nodig: Die vogel vliegt zo snel, ik kan er geen pijl op trekken.

 

De variatie ei-ij kent meer woordparen. Voor andere struikelblokken kijkt u bij bereiden / berijden.