Er is een betekenisverschil.
vijandelijk
van de vijand
Ze zeiden dat hij was omgekomen door vijandelijk vuur, maar niemand geloofde dat.
vijandig
zoals een vijand zich gedraagt
Hij keek mij aan met vijandige blik.
Beide woorden in één zin: De vijandelijke troepen hadden opdracht gekregen om zich niet vijandig te gedragen jegens de burgerbevolking.